Prof. dr. K. Bouwer, emeritus hoogleraar milieukunde
(Lezing gehouden op een informatieavond van Bos & Kuil op 28 november 2000)
- Algemeen
- Geologisch-bodemkundige waarde
- Visueel-landschappelijke waarde
- Ecologische waarde
- Cultuurlandschaps-historische waarde
1. Algemeen
Het terrein tussen Malden en Molenhoek is een van de drie resterende open ruimten in de strook van verstedelijking tussen Nijmegen en Mook. De noordelijke corridor Elshof-Heumensoord is aan de oostzijde van de Rijksweg versnipperd door onder andere een complex van sportterreinen, de groeiende Intratuin-vestiging en het McDonald’s restaurant. Het gebied tussen Molenhoek en Mook heeft te lijden van toenemende bebouwing en aan de overzijde van de Maas door ontgrondingen en toenemende waterrecreatie.
De waarde van het tussengebied van Molenhoek en Malden ligt ten eerste in het visueel-landschappelijk aspect: de ‘doorkijk’ vanuit de lagere zuidwestelijke Heumen-Maas-landschap naar de stuwwal van Groesbeek. Daarnaast heeft dit tussengebied een ecologische waarde als verbinding tussen de Maasvallei en het zeer waardevolle EHS-kerngebied van de stuwwal van Groesbeek en het aangrenzende Heumensoord.
2.Geologisch-bodemkundige waarde
Het tussengebied behoort tot de brede ‘spoelzandvlakte’ aan de westzijde van de stuwwal tussen Nijmegen en Groesbeek. In en na de voorlaatste ijstijd is op grote schaal erosiemateriaal afgestroomd van de stuwwal. Hierdoor is ook een aantal, nu nog waarneembare droge dalen ontstaan, waarvan een restant ten noorden van de manege De Kleine Lier is te zien. De bodem behoort grotendeels tot de moder-podzolgronden met een 30-50 cm matig dikke humeuze bovenlaag die wijst op langdurig gebruik als akkerland. Een groot deel van het gebied ten oosten van de Kuilseweg is ontgrond voor zandwinning.
3. Visueel-landschappelijke waarde
Zoals gezegd is het tamelijk open karakter van het tussengebied van grote betekenis als afwisseling in de sterk verstedelijkte zone aan de oostzijde van de rijksweg Nijmegen-Mook.
Niet alleen vanuit het westen, maar ook vanuit andere standplaatsen valt de openheid, gepaard gaande met coulissen van houtwallen en zandpaden, op.
4. Ecologische waarde
In het gebied tussen Kuilseweg, Bosweg en Ringbaan is tussen april en september 2000 door de Plantenwerkgroep van het IVN Maas en Niers een planteninventarisatie verricht. Er zijn 126 soorten planten aangetroffen, de grasachtige planten niet meegerekend. Onder de aanwezige soorten staat één op de rode lijst en vier op de aandachtslijst. Het vrij jonge gebied heeft volgens het inventarisatieverslag een hoge oecologische waarde. Opvallend is ook het grote aantal vlinders en andere insecten, waarvan nog geen inventarisatie is uitgevoerd. Een aantal oude hagen, houtwallen en bosjes versterkt de waarde van het gebied als ecologische verbinding tussen de Maasuiterwaarden (reservaats- en beheersgebieden) en het stuwwallengebied, vooral voor de das en kleinere zoogdieren. Het heeft echter geen formele status als ecologische verbindingszone op grond van het Natuurbeleidsplan. In het Gelderse ‘Beheers- en begrenzingenplan Rijk van Nijmegen’ (vastgesteld door GS in 1995) heeft het gebied ten zuidwesten van Bergzicht de status van ‘agrarisch gebied met landschappelijke waarde’ dat als beheersgebied moeten worden bestemd. Tussen de Rijksweg en de Kuilseweg is een natuurontwikkelingsproject gepland.
5. Cultuurlandschaps-historische waarde
Het tussengebied is oorspronkelijk cultuurland, bos en heide. De heidevelden waren essentieel voor het verkrijgen van plaggen en strooisel voor de potstallen en de voedselvoorziening van de schaapskudden. In het tussengebied lagen enkele boerderijen waarvan een deel nog te traceren valt. ‘De Lier’ wordt op oude kaarten vermeld. Omstreeks 1930 lag hier een wasserij, thans verbouwd tot een bungalow. Daar tegenover ligt nog een oude boerderij. In het omringende landschap zijn als perceelsgrenzen nog enkele houtwallen en hagen te zien. Het is niet onwaarschijnlijk dat het tracé van de belangrijke Romeinse weg van Nijmegen via de wachtpost in Heumensoord naar Cuyk langs de oostzijde van dit corridorgebied (Kuilseweg) heeft gelopen. Er is in het tussengebied echter geen archeologisch-cultuurhistorische inventarisatie verricht.
Het Limburgse deel van het tussengebied zal in het Stimuleringsplan Natuur, bos en landschap Noord-Limburg-Oost (concept juli 2000) worden aangewezen als kleinschalig cultuurlandschap, waarin behoud, herstel en uitbreiding van kleine landschapselementen centraal staan.
Hierbij moet worden opgemerkt dat het rijksbeleid, meer dan tot nu toe, cultuurhistorische waarden en de versterking daarvan uitdrukkelijker in de ruimtelijke ordening tot uitdrukking wil laten komen. De nota ‘Belvedère’ en in aansluiting daarop de binnenkort te verschijnen Vijfde nota ruimtelijke ordening gaan ook uit van deze doelstelling. Volgens deze rijksnota zal ook strakker de hand worden gehouden aan de bescherming van de open ruimten en waardevolle landschappen. Daartoe zal worden gebruik gemaakt van zogenaamde groene (rond natuurgebieden) en rode contouren (rond bebouwing).